Deze pagina is onderdeel van de miniserie Cotswold Way 2025.
Na het ontbijt pakken we alle spullen in. De eerste twee overnachtingen zitten er alweer op, en we verkassen per twee dagen mee met de route. Daarmee zitten we steeds wat dichter bij de etappes, wat vooral op de smalle landweggetjes een hoop reistijd scheelt. We trekken naar Wotton-under-Edge waar we vanwege een wegomleiding parkeren bij de centrale Chipping Car Park. Nadat we de auto hebben neergezet schiet Baudien nog even te hulp bij een lokaal Engels vrouwtje, die met haar enorme BMW niet meer weet hoe ze moet sturen om haar parkeervak uit te komen. Met een paar goed geplaatst aanwijzingen lukt het haar alsnog.
Wij lopen de steegjes en straatjes door naar de St. Mary the Virgin Church, waar we even de tijd hebben ons weer in te smeren voor een dag vol zonneschijn. En dan komt ruim op tijd chauffeur Muhammed aangereden in zijn Lexus. Muhammed is welbespraakt en heeft er duidelijk zin in. De tassen in de achterbak, en gaan. Via allerlei kleine landweggetjes rijdt hij ons de heuvels in. In een geanimeerd gesprek vertelt hij over de verkeersregels, de drukte in de stad Bristol, en de tijd vliegt zo voor bij. In no-time zijn we aanbeland bij de Coaley Peak parking, waar zelfs Muhammed opkijkt van het verre uitzicht. Hij belooft gauw eens met vrouw en kinderen hier te komen.
We zwaaien hem uit en komen al snel weer in de bossen te lopen. Ter hoogte van het dorpje Uley gaat het pad langzaam naar beneden en komen we aan bij een boeren erf. De route trekt rechtdoor over het erg, en dan stappen we opnieuw een hekje over om vervolgens recht op een flink steile heuvel af te lopen. Vanaf beneden zie je direct dat dit een fors kuitenbijtertje wordt. Het zal niet de hoogte helling zijn, maar zeker één van de steilsten van de dag. Met stukken van meer dan 30% helling komen we even later aan bovenop de Cam Long Down heuvelrug, die we in een paar honderd meter over trekken. Aan de andere kant volg dan logischerwijs een afdaling. De optionele Cam Peak laten we even spreekwoordelijk en geografisch links liggen, want er komt straks nog een dikke klim.
Maar eerst komen we aan in Dursley. Vanochtend nog verlaten als verblijfslocatie, maar nu rond de middag halen we wat te eten bij de supermarkt. Lunch, fruit, en een kaneelbroodje voor onderweg. Aan de andere kant van Dursley lopen we de straat met de toepasselijke naam Hill Road in. Het verkeersbord geeft een helling van 20% op de weg. Het aansluitende wandelpad is nog wat steiler.
De jonge benen houden het goed en we stomen in het schaduwrijke bos naar boven. Daar komen we aan bij de Stinchcombe Hill Golf Club. Een enorme 18-hole golfbaan bovenop het hoge plateau van de heuvels tussen Dursley en Stinchcombe.
Een oudere kerel in een scootmobiel die zijn hondje hier uitlaat wijst ons er op dat als we slim zijn, we de korte route pakken en we dwars over de golfbaan onze route afsnijden. Dat laten we uiteraard niet gebeuren, en we trekken over de originele route de hele golfbaan rond.
Bloody quick
Een paar holes verder spreekt een golfer op leeftijd ons aan: “You are the guys from down by Uley!”. Blijkbaar had hij ons een paar uur geleden gezien bij het oversteken van de hoofdweg bij het dorpje Uley, en is hij verbaasd dat we nu al hier bovenaan bij de golfclub zijn. Halverwege pauzeren we even bij een soort stenen bushokje wat een beschut uitzichtpunt blijkt. Op de terugweg richting het begin van de golfbaan zien we op de heuvels aan de overkant een hoge stenen toren. Dat zou wel eens het Tyndale Monument kunnen zijn die we op ons kaartje hebben zien staan.
In het dal lopen we via Stancombe weer terug omhoog in de richting van de toren. We komen aan in North Nibley en komen bij een toegangspad waar staat dat vanaf hier de route naar de toren nog zo’n 15 minuten is. In de bossen klimt het pad weer met flink wat hoogtemeters. En dan komen we aan bovenop de heuvel. Een plateau van gras, met verderop aan de rand, de 34 meter hoge stenen toren die hier in 1866 gebouwd is. Vanaf een afstand leek dit een stenen obelisk, maar van dichtbij blijkt de toren toegankelijk. Baudien en Patrick blijven even beneden, na de pittige klim van zonet. Jan lust nog wel een BTW-tje en loopt het smeedijzeren hek door. Een smalle stenen spiraaltrap van 121 treden brengt je naar een uitzichtpunt bovenin, waarbij je een prachtig overzicht krijgt over de verre omgeving.
De route hobbelt hierna wat door bovenin de Westridge Woods, waarna de eindafdaling van de dag wordt ingezet. Eerst naar een ommuurt bosje waarbij een plak aangeeft dat dit is aangepland als herinneringsbos van en slag bij Waterloo. Daarna gaat de route nog steiler naar beneden waar je het stadje Wotton-under-Edge in loopt. Aan de Cotswold Way die hier dwars door het stadje loopt stoppen we bij een koffiehuisje: The Wotton Coffee Shop. Een beetje klein, een beetje knus, een beetje oubollig, precies wat we nodig hebben als ze hier ijskoude cola serveren. We nemen plaats bij de binnenplaats en bestellen de gewenste drankjes. Een ijverig vrouwtje op leeftijd brengt even later de cola. Ze verteld dat ze lang geleden ook een tijdje in Nederland had gewoond. Bij Den Haag en Rotterdam, en Leiden kende ze ook. Ze sprak nog een paar woordjes Nederlands, en wanneer we de cola ophebben groeten we haar met een Tot ziens!
Met de auto rijden we naar ons tweede overnachtingsadres. Deze keer hebben we een huisje geboekt in het dorp Sherston, op een klein half uur vanaf Wotton-under-Edge. Uiteraard duiken we eerst de douche in om op te frissen van de toenemend warme dag. Daarna rijden we naar het naburige Luckington door het avondeten. We gaan eten bij de Old Royal Ship. Wederom een typisch Engelse inn: een dorpscafé/restaurant. Vaak aan de rand van een dorp, met een kroeg achtige aankleding. Deze keer driemaal een burger met frieten. Bij terugkomst in het huisje kijken we nog de eerste helft van de film Parasite op Netflix, waarna de luikjes dicht gaan. Morgen weer een dag!