Na een overwegend droge dag gisteren, toen ik van Swalmen naar Montfort liep, ben ik benieuwd wat vandaag zal brengen. Vannacht werd ik nog opgeschrikt door vuurballen en bijbehorende rook die zichtbaar waren vanaf mijn hotelkamer in Geleen. Bij nader onderzoek bleek dit te gaan om het affakkelen van gassen bij onderzoek aan een installatie op het tegenover gelegen terrein van Chemelot. Geen paniek mensen, niets aan de hand. Na een ontbijtje rijd ik in een paar minuutjes naar P+R Transferium in Sittard. Hier kun je met OV-korting voor 4 euro per dag parkeren direct naast het treinstation. Ideaal! Rugzak om, auto op slot en loop ik naar de al gereedstaande trein richting Roermond. Zelf stap ik overigens al in Echt uit waar het inmiddels flink hard regent. Het OV zou mij vanwege een zeer summiere zondagsregeling in ruim anderhalf uur naar Montfort kunnen brengen. Ik heb besloten vanaf Echt met de taxi te gaan, omdat die er maar 12 minuten over doet en via ov.taxi ook goed betaalbaar is.
Om kwart over negen komen we aan bij het Rozenhofje in Montfort waar het weer droog is. Hier ben ik gisteren geëindigd. Nu ga ik eerst even boodschappen doen voor vandaag. Ik had al begrepen dat vrijwel alle horeca onderweg vandaag gesloten zal zijn, dus wat extra’s mee vooraf lijkt mij wel verstandig. En dan mag ik los!
Direct buiten Montfort doemt de ruïne van Kasteel Montfort op. Een afgezet terrein, maar er tegenover liggen publiek toegankelijke kasteeltuinen. Even verderop sla je linksaf, aan de bosrand, de onverharde Turfweg in. De akkers staan hier vol met groen-blauwig-grijze prei, die een bijzonder contrast geven met de gelige maisvelden verderop. Aan de achterkant van de akkers zie ik meerdere wandelaars de andere richting op lopen. Inderdaad kom ik aan het eind van de Turfweg ook een stukje ’terug’ lopen, waarna ik rechtsaf langs een veld vol knaloranje pompoenen de heuvelweg in trek.
Echt?
Het pad zigzagt verder door de bossen en doet na een paar kilometer heel even het oostelijke staartje van het dorp Echt aan. Hierna kom ik langs een boerenerf met koeien tot aan hun knieën in de trek, aan in het dorpje Slek. In het Antonius kapelletje laat ik een korte boodschap achter in het gastenboek. Dan loop het pad de bossen in, en waar je het razende verkeer op de Rijksweg bijna kruist sla je linksaf langs het watertje Middelsgraaf. Het voetpad loopt hier langs het water naar Susteren. Aan dit pad word je bij een schuilhut geïnformeerd over dat je je hier op het aller smalste deel van Nederland bevind. Slechts 4,2 kilometer aan Nederlands grondgebied scheidt België hier van Duitsland.
Ten hoogte van een Europarcs vakantiepark loop je het dorp in. Hier had ik gehoopt een warme lunch te kunnen bemachtigen, maar de toegangsweg vanuit het dorp blijkt afgesloten met hekken. De enige ingang is anderhalf kilometer aan de andere kant. Dat gaan we mooi niet goed dus. Ik had voldoende proviand mee, dus red het ook wel zonder extra eten. Een netjes fietspad leidt je langs het vakantiepark en als ik dat voorbij ben besluit ik dan maar even te pauzeren bij een bankje. Even de gevoelige voetjes luchten, een broodje, wat fruit. En dat met nog steeds droog weer.
De pauze is voorbij. Ik wil weer verder. En ik heb mijn rugzak nog geen 5 minuten omhangen als het begint te druppelen. En fors ook. Dus gauw de regenhoes er op, en zelf ook in de regenkleding. Zonder het echt te kunnen merken passeer ik de Nederlands-Duitse grens. Het enige wat opvalt is dat de paden hier wat anders (minder goed) onderhouden zijn. De regen houd aan. En met de grotendeel onverharde paden wordt het ook hier een glibberige geheel. Na een paar vervallen loodsen gaat de route linksaf naar het dorpje Isenbruch. Dan loopt het pad direct langs de grens naar het viaduct onder de N297 door. Aan de andere kant loop je het lintdorpje Millen in. Een typisch Duits dorpje met een heel eigen bouwkundige uitstraling met veel grijs en roodbruin steen, bijgekleurde rolluiken en veel betonnen opritten. En vanaf hier wordt het weer iets droger.
Terug in Nederland
Na Millen loop je langs de Rodebach verder. Dan steek je het water over en ben je weer op Nederlands grondgebied. Dit pad slingert een paar honderd meter door en komt ten hoogte van een bedrijventerrein naast de snel stromende Geleenbeek uit. Ruim 2 kilometer volg je de beek, die tot vrijwel hartje Sittard doorloopt langs de route. En dan steek ik een groot kruispunt over. Met op de achtergrond een prachtig uitzicht op de Sint-Michielskerk (links) en de Petruskerk (rechts), vindt hier voor mij een obstacle run plaats. Tientallen mensen klimmen en klauteren over een parcours met houten obstakels, bakken met drek en stellages met slingertouwen.
Aan de noordkant van de oude stad steek ik de gracht over en sla rechtsaf de Begijnenhofstraat in. Helaas loopt het Pieterpad hier door de uitgestorven winkelstraat, terwijl 20 meter hiervan de straat langs de grote kathedraal loopt. Wanneer ik bij het eind van de etappe op de Markt uit kom wil ik toch nog even de straatjes rondom de grote kerken aandoen.
En dan is het mooi geweest. Het is half vier ’s middags en etappe 24 zit er op! Via de winkelstraat loop ik terug naar het treinstation waar ik vanmorgen mijn auto bij de P+R geparkeerd had. Het begint weer te regen. Gelukkig zit ik droog in mijn auto voor de komende uren. Wanneer ik mijn geliefde Friesland weer binnenrijdt begint het langzaam op te klaren. En wanneer ik dan de laatste kilometers nader kleurt opnieuw een regenboog de hemel. Net als gisterochtend bij vertrek.